Wij waren in onze vriendengroep niet de eerste om aan een kindje te beginnen. En dat zorgde er misschien wel een beetje voor dat het contact met die vrienden met kinderen niet helemaal hetzelfde was. Je hoort elkaar minder en als je dan toch nog eens iets samen doet merk je dat je toch in een andere levensfase zit. Wij die klagen over hoe druk het is en hoe moe we zijn (wist ik toen veel) en zij die je gewoon luidop ziet denken “wacht maar tot je kinderen hebt.” Maar sinds wel zelf een baby hebben, merken we eens te meer de voordelen van vrienden met kinderen.
- Je hebt heel wat extra hulplijnen. Heb ik een vraag of ben ik ergens onzeker over kan ik het hen gewoon vragen. Ze weten hoe het kan zijn en beoordelen me niet met mijn, soms stomme, vragen.
- Ze begrijpen het als we te laat zijn. Nu, we waren vroeger ook niet echt altijd stipt op tijd. Maar een baby blijkt een beter excuus te zijn.
- Vroeger gingen we samen dansen tot in de vroege uurtjes (héél vroeger), nu spreken we thuis bij elkaar af. We babbelen gezellig tijdens een apero en tegen dat de kinderen slapen gaan we aan tafel. Veel gezelliger en je krijgt er geen pijnlijke voeten van.
- Je vrienden hebben thuis alles staan. Een box, een bedje, speelgoed. En zelfs luiers moest je dat vergeten zijn. Geen hele volksverhuis dus. Handig.
- Je kan uren praten over kinderen zonder dat iemand dat vervelend vindt. Je deelt hilarische verhalen en je beseft eens te meer dat je niet de enige bent die soms wat op de sukkel is. En eens lachen met elkaars en je eigen stommiteiten en discussies kan deugd doen.
- Op de een of andere manier verbetert die gemeenschappelijk liefde voor de kinderen de band met de vrienden.
Natuurlijk is de band met onze vrienden zonder kinderen nog altijd prima. Het kan ook gewoon eens leuk zijn om een avond door te brengen zonder dat het altijd over baby’s gaat. Dan kan ik ook eens met mijn ogen rollen als ze klagen over hoe moe ze wel niet zijn. “Wacht maar tot je kinderen hebt” denk ik dan. Maar dat zeg ik natuurlijk niet luidop.