Mona gaat sinds januari naar school. Die start verliep niet al te vlot maar ondertussen lijkt ze haar draai wel gevonden te hebben. Ze leert aan een hoog tempo bij en pikt heel veel op. En dat resulteert in geweldige situaties hier thuis.

Je weet dat je een kleuter in huis hebt wanneer …

… je het kindje van de dag mag zijn.

In het klasje denk ik dat het kindje van de dag/week de juf met van alles mag helpen. Mona vindt het in elk geval super leuk. Zo leuk dat ze mij of papa bevordert tot ‘kindje van de dag.’ De persoon die deze titel draagt mag haar eten opscheppen, haar water geven en billen proper maken. En oh wee als de andere het probeert want dan krijg je gegarandeerd een “Nee mama. Papa is het kindje van de dag. Jij mag dat niet doen.”

… je op de bank wordt gezet.

Echt gebeurd. Meermaals al. We spelen samen met de blokken maar ik neem blokken die blijkbaar van haar zijn om mijn toren te bouwen en omgekeerd. Dan begint ze plots alle blokken op te ruimen “als we ruzie maken, dan gaan de blokken weg.” Waarop we vervolgens samen op de bank moeten gaan zitten tot we terug vriend zijn. De volle 8 seconden.

… je niet meer mag helpen

Schoenen aandoen, kleding kiezen, jas aandoen, papiertje openen, … Alles willen ze zelf doen. Ik mag nergens meer mee helpen. Tenzij in het kindje van de dag ben.

… ze opruimt.

Sinds Mona naar school gaat ruimt ze veel beter op, zelf en op eigen initiatief. Niet altijd. Maar in elk geval vaker dan voor ze naar school ging.

… stokken het leven zijn.

Ergens gaan wandelen zonder takken of stokken te verzamelen is geen optie meer. Het is trouwens nooit zomaar een stok, wél een toverstok. Wij en niets vermoedende passanten worden omgetoverd tot paard of kikker. En op het einde van de wandeling is het dé truck om die toverstok zelf magisch te doen verdwijnen. Anders zou ik binnen de kortste keren een kampvuur kunnen aandoen in mijne living.

… ze héél slecht zijn in verstoppertje spelen.

Ze speelt super graag verstoppertje. Maar oh wat is ze er slecht in! Ofwel vertelt ze op voorhand waar ze zich gaat verstoppen, of ze verstopt zich op dezelfde plaats als mij, of je ziet ze van tien meter afstand zitten, of ze komt na drie seconden zelf tevoorschijn. Buiten die ene keer dat ze zich écht goed had verstopt. Klein paniekske hier…

… ze zichzelf hilarisch vinden.

Gevoel voor humor heeft ze wel. Een speciaal gevoel, maar het is er toch. Vooral zij vindt alles wat ze zegt hilarisch. En ik moet dan vaak lachen. Niet omdat ik het snap, maar omdat haar lach zo aanstekelijk werkt.

… je een andere naam krijgt.

Ze verandert regelmatig zelf van naam. Enkele maanden geleden zei ze uit het niets “ik ben Sabine.” Mijn man en ik lagen echt plat. Een paar weken geleden was ze ‘Toeyajapa.’ Of ze is zelf mama en ik ben Mona.

… die fantasie geen grenzen heeft.

Ze voedert regelmatig de eendjes. Gewoon, hier binnen, op het tapijt. Of ze wil gaan zwemmen en dan trekt ze al (ja echt al) haar kleren uit en is de speelmat haar zwembad. Of ze gaat in een lege wasmand zitten om naar zee te rijden. En wat doe je dan? Je gaat mee naar zee… uiteraard.

… er geen einde komt aan dat getetter.

“Aan haren uitleg ligt het niet” krijgen we regelmatig te horen. Mona was een vrij snelle als het op praten aankwam. En nu ze naar school gaat is dat nog eens in een stroomversnelling gekomen. Haar mond staat soms gewoon echt niet stil. Het geluid van de stilte, awel, ik heb dat leren appreciëren.

… elk moment een “tikkie, jij bent het” moment is.

Dan ben je met iets bezig en krijgt ze plots een ingeving: “mama, ik wéét het! We gaan tikkie spelen en heel snel lopen. Tikkie, jij bent het.”
Hoe vaak in mijne living al op en af ben gelopen, je wil het niet weten.

… niets zo leuk is als plassen springen.

Mona vindt weinig dingen zo leuk als springen in de plassen. Ik probeer haar te leren dat ze dat mag ALS ze haar laarzen draagt. Meestal lijkt dat te werken, soms ook niet. Ik vind het trouwens heerlijk om ze zich buiten zo te zien uitleven. En die extra was nemen we er dan wel bij. Een broek meer of minder zal het ook niet meer maken.

… ze hun eigen taal ontwikkelen

Ze leren op communicatief vlak super snel bij. Ze pikken overal woorden op, gebruiken die dan in de verkeerde context of maken er zelf iets van wat vaak nog veel leuker klinkt. De ene zegt lolly, de andere lekstok (in onze buurt is lekstok normaal). Wel, Mona maakt daar ‘lollylekker’ van. Ik verbeter het zelfs niet want het klinkt geweldig.

… je onderhandelt met een nog niet eens driejarige

Dat gebeurt dus ook. Geen ‘mijn wil is wet’ en ‘zolang je onder dit dak woont, zal je doen wat ik zeg.’ Enfin, ik sluit niet uit dat ik dat ooit wel nog ga zeggen. Maar nu denk ik regelmatig “Serieus, ben ik nu echt aan het onderhandelen met een kind van twee.” Voorlopig win ik wel nog altijd. Al denkt zij van niet.

Maar wat een heerlijke periode!

Kleuters, ze zijn een handvol. Wat die mannekes op een kleine drie jaar leren, het is echt zot. En hoewel ze soms echt heel druk is en die school een enorme organisatie vraagt vind ik het echt een heerlijke periode.

“Kan ik ze niet in een kastje steken? Ze moet echt zo blijven” zegt mijn man vaak. Dan kijkt hij zijn dochter aan “Mona, niet groot worden hé meisje.” Waarop zij dan vastberaden “jawel papa, ik ga heel groot worden” antwoordt.