Ik zie ze graag, die dochter van me, heel graag zelfs. Onvoorwaardelijk en al. Maar zo soms, enfin geregeld de laatste weken, kan ze mijn geduld zeer zwaar op de proef stellen.

Echt, wat is dat met die peuters (of eigenlijk moet ik kleuter zeggen). Want een kleine survey in mijn mama-vriendinnen omgeving leert me dat ik niet de enige ben met een bij momenten onuitstaanbaar kind in huis. Oef! Dat helpt, zo een beetje.

“Ik ben twee en ik zeg nee”

Mona, doe je je schoenen aan? Kom, we zijn weg. We gaan eten, wil je fruit, … alles is “nee.”

Zitten we aan tafel en heeft ze gedaan met eten vragen we nog tien keer of ze nog honger heeft. “Nee ik heb genoeg.” Om dan, als alles is afgeruimd, te krijsen voor eten omdat ze honger heeft.

Wil ze geen kleding aandoen is dat oké voor ons. Dan gaat ze zo maar mee. Om dan te huilen dat ze toch kleding wil aandoen.

Vraag je of ze in bad of de douche wil zegt ze “in bad.” Zit ze in bad, wil ze in de douche.

Mona, ga je mee naar de fruitwinkel met mama?
“nee, ik ga niet mee”
Ben je zeker?
“Ja, ik blijf thuis!”
Ik vertrek …
“Ik wil mee naar de fruitwinkel met mamaaaaaa.”
Ik draai om en neem ze mee (had het wat zien aankomen), zet ze in de auto en vertrek.
“Ik wil niet meeeeee.”

Ze ziet haar broer graag. Maar ik moet duizend keer op een dag zeggen dat ze hem moet laten doen, dat ze hem moet laten slapen, met haar vinger uit zijn mond/oog/oor moet blijven.

“Mona, blijf daar af” wordt beantwoord met een “jaja ik blijf eraf” terwijl ze met haar handen in de plant blijft zitten.

En zo kan ik nog wel even doorgaan.

Positief opvoeden

Ik probeer te vermijden om haar een vraag te stellen en wél te zeggen wat ik wil dat ze doet. Dus “kom, schoenen aan” ipv “wil je je schoenen aan doen.”

En ik wil dat doen hé, positief opvoeden. Benadrukken wat ze wel mag, wat wel kan, … en minder de focus leggen op wat niet. Maar ik lijk de hele dag niets anders te zeggen dan “nee, blijf daar af, kom hier, laat hem gerust, leg dat terug, raap dat op, gooi daar niet mee, ….” ik ga zo een cassette bandje inspreken en op repeat zetten denk ik. Of een podcast, dat is meer van dezen tijd. Ik ben mijzelf zelfs al beu gehoord. En dan hoor ik haar mijn woorden herhalen tegen haar poppen en denk ik “amai, ben ik zo een zaag, ben ik zo streng?”

Ze kan ook lief zijn hé, gelukkig. Maar ze kan het ook serieus uithangen. Die school komt hier op dat vlak goed op tijd denk ik. En dan kijk ik eventjes gelukzalig naar baby Oscar. Dat hij nog maar lang wacht met praten.

En na de ‘ik ben twee en ik zeg nee’ komt de ‘ik ben drie en ik doe het nie.’ Ik kan al niet wachten …