Nog niet zo heel lang geleden schreef ik een blog over 7 moederprincipes waarover ik niet zo principieel bleek te zijn. We zijn nog geen 3 maanden verder en er zijn er opnieuw enkele gesneuveld. Maar ik bekijk het positief, ik wist niet eens dat ik zoveel principes had.

De 5 moederprincipes die mijn dochter aan haar laars lapt

Ik zou mijn kind niet telkens dragen

Ik snapte dat niet, ouders die hun kind uit de buggy namen en dragen omdat het kind dat wou. “Laat ze toch 10 minuten wenen, het zal wel overgaan.” Dacht ik. Naïeve ik. Tot we enkele weken geleden naar het China Light festival gingen en mevrouw Mona niet in de buggy wou, niet in de draagzak en niet wou lopen. Ze wou gedragen worden en wel enkel door mama.

Telkens wanneer we ze in de buggy zette krijste ze heel de zoo bij elkaar. Niets “laat ze 10 minuten huilen, ze zal wel stoppen.” Gevolg, ik heb mijn wispelturige peuter van 11kg gedurende anderhalf uur op mijn arm mogen dragen. En weet je wat het schoonst van al was?
“Kijk Mona, mooi he, als die lichtjes?” in een poging haar af te leiden,
“Nee, ni mooi” antwoordde ze. Waarop ik nog wat verder in het modderpad zonk.

Mijn dochter eet geen/niet altijd choco op haar boterhammen

Blijkt dat ze daar bij de grootouders en in de crèche niet zoveel problemen in zien en mevrouw dus al een duidelijke voorkeur heeft voor wat er tussen haar boterham komt. “Boke tsjoko ete.” En nee, je zet ze niet in het zak. Aangereikte boterhammen worden vakkundig geopend en gelikt alvorens verder te eten. Gelukkig vond ik een variant met minder suiker en eet ze meestal ook nog wel iets anders.

Kleine kanttekening: om de een of andere reden is dat choco theater alleen bij mij en eet ze bij de papa wel alles.

Ik zou in alle rust kunnen winkelen met mijn dochter

Hup, alweer een ballon doorprikt. Ofwel laat ik ze zelf met een minikar rijden. Ik ben wel 5x zo lang in de winkel als gepland maar ik vermijd er wel drama mee. Als het echt snel moet gaan loop ik naar de broodafdeling, neem ik een sandwich of geef ik haar al een snede brood. En aan de kassa moet je dan “en nog een sandwich” toevoegen aan de rekening. Ik ben er niet fier op maar, it does the trick.

winkelen met een peuter

Ik zou mijn vakantieplannen niet aanpassen aan mijn kind

In eerste instantie was mijn idee om in februari-maart met ons gezinnetje naar Thailand te vliegen. Maandenlang heb ik gelobbyd (lees: gezaagd) bij mijn man. Maar eigenlijk was een treinrit van 25 minuten voldoende om mij te doen inzien dat ik absoluut geen 12u op een vliegtuig wil zitten met Mona. Eerlijk, ik spring eruit.

En ook het plan om een villaatje te huren met zwembad vind ik met de dag een minder goed idee. Mona is een peuter, een waterrat. Die wil een peuterbad met glijbanen waar ze in kan rondlopen. Geen zwembadje waar ze enkel in een zwemband in mag liggen drijven. Family hotel of camping, here we come!

Ik zou niet in discussie gaan met een peuter

Je kent dat wel, zo van die ouders die om hun gelijk strijden met hun peuter. Dat zou hier mooi het geval niet zijn. Nee is nee en daarmee gedaan. Maar dat was duidelijk voor ik ‘hallo ik ben Mona en ik ben amper 20 maanden maar ik weet al goed wat ik wil’ op de wereld zette. Al moet ik bekennen dat onze discussies zich beperken tot Mona die volhoudt dat het een trein is terwijl het duidelijk een auto is en Mona die “ja” roept en mama zegt “nee.” Het is een volhouder. Maar mama ook.

Och grenzen stellen en verleggen. Principes maken om die vervolgens overboord te gooien. Het maakt deel uit van het fantastische leerproces dat het moederschap is zeker. Want zeg me nu niet dat ik hier de enige ben die zich onder tafel laat praten door haar peuter hé?